David, de jongste van acht zonen, is schaapherder. Hij past op de schapen van zijn vader.
Maar Samuël komt hem vertellen dat God wil dat David koning wordt.
Kiezen is soms moeilijk maar kiezen is ook fijn. Herder Abram laat herder Lot kiezen om allebei genoeg ruimte te hebben voor hun schapen. Zo zorgt hij voor de mensen en de dieren.
Het is feest omdat de Ark weer naar Jeruzalem komt. David danst van vreugde. Hij laat zien dat bij God iedereen zichzelf mag zijn.